De aard van het beestje
Bij het verschijnen van de eerste Nederlandse vertaling van Hannah Arendts Antisemitisme (1951) vraagt Hans Ulrich Jessurun d'Oliveira zich vooral af of Arendts hoofdthese – dat de Joden het slachtoffer waren van een conflict tussen het negentiende-eeuwse hoogtepunt van de natiestaat enerzijds en de toekenning van het staatsburgerschap aan de joden anderzijds – de confrontatie met de Nederlandse casus wel overleeft. Het antwoord laat zich raden, en voorspelt weinig goeds voor haar analyse, al legt die de vinger wel op de zere plek.